Hof moet alsnog schadevergoeding betalen aan vrijgesproken verdachte

Nadat een verdachte is vrijgesproken, kan hij schadevergoeding vragen voor onder andere zijn voorarrest en advocaatkosten. Een vrijgesproken verdachte diende zo’n verzoek om schadevergoeding in, maar de raadkamer van het hof wees de verzoeken in eerste instantie af. Volgens de kamer zou het in dit geval gaan om een ‘technische’ vrijspraak. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) oordeelde echter dat de vrijgesproken verdachte wel degelijk recht heeft op schadevergoeding. 

Bekijk hier onze rechtsgebieden

In het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) is onder meer het onschuldpresumptie artikel opgenomen. Dit artikel verbiedt uitingen die de indruk kunnen wekken dat iemand die onherroepelijk is vrijgesproken toch schuldig zou zijn.

Onschuldpresumptie

De vrijgesproken verdachte van wie het verzoek tot schadevergoeding werd afgewezen spande daarom met succes een zaak aan bij het EHRM over de schending van de onschuldpresumptie door het gerechtshof. Uiteindelijk wordt door het Gerechtshof een minnelijke schikking getroffen voor dekking van immateriële schade en terugbetaling van gemaakte kosten en uitgaven. De afgesproken bedragen moeten binnen drie maanden worden betaald.

Verzoek tot schadevergoeding

Indien iemand in Nederland heeft vastgezeten op verdenking van een strafbaar feit en hiervan wordt vrijgesproken, kan deze persoon bij de rechtbank een verzoek tot betaling van schadevergoeding indienen. Dat kan bijvoorbeeld zijn als deze persoon in voorarrest heeft gezeten, of een klinische observatie heeft moeten ondergaan. Maar ook als iemand wordt vastgehouden in het buitenland vanwege een Nederlands verzoek tot uitlevering. Voorwaarde om voor schadevergoeding in aanmerking te komen, is dat de schade door de verdachte zelf moet zijn geleden. Voor de tijd dat een vrijgesproken verdachte na zijn aanhouding door de politie is vastgehouden voor verhoor, kan hij geen schadevergoeding krijgen.

Lichter strafbaar feit

Een rechter kan ook een schadevergoeding toekennen als iemand wel veroordeeld wordt, maar er geen straf of maatregel is opgelegd of er voor het strafbare feit waarvoor deze persoon wordt veroordeeld geen voorlopige hechtenis is toegestaan. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen als iemand door de rechter wordt veroordeeld voor een lichter strafbaar feit dan waarvoor de politie deze persoon heeft vastgezet. Het indienen van een verzoek tot schadevergoeding moet binnen drie maanden na beëindiging van de zaak gebeuren. De vrijgesproken persoon moet het verzoekschrift zelf ondertekenen en opsturen. Vervolgens ontvangt hij ​een brief om op de zitting te verschijnen. Ook het Openbaar Ministerie wordt opgeroepen. Tijdens deze zitting behandelt de rechter het verzoekschrift. De vrijgesproken verdachte of diens advocaat mag tijdens deze zitting een toelichting geven. De officier van justitie komt daarna aan het woord. De rechter kijkt niet alleen naar wat de vrijgesproken verdachte en de officier van justitie hebben ingebracht, maar doet ook eigen onderzoek. De rechter kan een verzoek (deels) toewijzen of afwijzen.

Bekijk hier onze incasso diensten

Materiële of immateriële schade

Voor wat betreft de schade kan het gaan om materiële schade (bijvoorbeeld ontslag door de werkgever) en immateriële schade (bijvoorbeeld eventuele psychische of lichamelijke klachten). De rechtbanken en gerechtshoven hebben afspraken gemaakt over de hoogte van de schadevergoeding, maar de rechter is niet gebonden aan deze bedragen. De rechter zal elke zaak rekening houden met de bijzonderheden van het geval. De rechter kan ook besluiten om de schadevergoeding te verrekenen met een geldboete of een ander bedrag dat een vrijgesproken verdachte mogelijk nog aan de overheid moet betalen. Nadat een beslissing onherroepelijk is geworden, betaalt de griffie het bedrag uit.

Meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met RechtNet Advocaten via info@rechtnet.nl of bel naar 073 – 615 43 11.

Vragen? Neem contact met ons op