De Tweede Kamer heeft onlangs een wetsvoorstel aangenomen waardoor de termijn voor de Wettelijke Schuldsanering (Wsnp) wordt teruggebracht van 36 naar 18 maanden. De verwachting is dat dit wetsvoorstel op 1 januari 2024 ingaat. Schuldeisers lijken hierdoor gedupeerd te worden. Zij ontvangen in de toekomst nog maar de helft van wat zij nu krijgen. Hoe gaan schuldeisers op deze wetswijzigingen reageren?
Bekijk hier onze rechtsgebieden
Niet alleen de verkorting van de termijn van 36 naar 18 maanden valt op. Indien schuldenaren onvoldoende inkomsten hebben om hun schuld af te lossen, kan het minnelijke traject voortaan worden overgeslagen en kan er direct een verzoek worden ingediend tot toepassing van de Wsnp. Voor schuldhulpverleners is het belangrijk om op deze nieuwe wet te anticiperen.
Ingrijpende veranderingen voor schuldhulpverlening
In eerste instantie is het wetsvoorstel bedoeld om de doorstroming van het minnelijk traject naar de Wsnp te verbeteren. Maar door een aantal ingediende amendementen ligt er nu een stevig pakket met ingrijpende veranderingen voor de schuldhulpverlening. Indien de termijn voor schuldregeling wordt ingekort van 36 naar 18 maanden, heeft dit nadelige gevolgen voor de debiteur. Daarom is het goed voor betrokkenen om hierop te anticiperen. Bijvoorbeeld door als schuldeisende partij nu alvast een voorstel te doen aan de schuldenaar op basis van 36 maanden, waarbij de resterende termijn van de schuldsanering na invoering van de wetswijziging wordt verkort tot 18 maanden. Een andere mogelijkheid is om bij de schuldsanering een saneringskrediet te verstrekken op basis van 36 maanden. De schuldeiser ontvangt daarbij een afkoopvoorstel tegen finale kwijting, waarvan de hoogte afhankelijk is van de invoeringsdatum van de wetswijziging. Pas nadat de wetswijziging is ingevoerd wordt de hoogte van het afkoopbedrag vastgesteld en uitbetaald aan de schuldeisers.
Buitengerechtelijke schuldregeling
Bij een verzoek om toegelaten te worden tot Wsnp moet tot nu toe eerst een verklaring van het college van B&W van de gemeente, of een advocaat of bewindvoerder worden overlegd. Zij bevestigen hierin dat er geen reële mogelijkheden zijn om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen. Door een aangenomen amendement komt dit in de nieuwe wet te vervallen. Als aannemelijk is dat onvoldoende aflossingsmogelijkheden bij de schuldenaar, of andere omstandigheden het onmogelijk maken om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen, hoeft voor de afgifte van deze verklaring niet eerst een poging te zijn gedaan om tot een dergelijke regeling te komen.
Bekijk hier onze incasso diensten
Goed gedrag
Ook voor wat betreft de regels omtrent goed gedrag om toegelaten te worden tot de Wsnp staan enkele veranderingen op stapel. Op dit moment is het nog zo dat een schuldenaar in de vijf jaar voorafgaand aan het verzoek om toelating tot de Wsnp te goeder trouw moet zijn geweest bij het ontstaan of onbetaald laten van zijn schulden. Deze termijn wordt bij de invoering van de nieuwe wettelijke regels verkort naar drie jaar. De uitsluitingstermijn van tien jaar, die op dit moment nog geldt voor personen die eerder gebruik hebben gemaakt van de Wsnp, wordt in de nieuwe wet eveneens geschrapt.
Hoe reageren schuldeisers?
De wetswijziging heeft tot gevolg dat schuldeisers bij een schuldregeling aanmerkelijk minder gaan krijgen. Ze ontvangen de helft van wat ze nu krijgen, of zelfs minder wanneer er vaker een beroep wordt gedaan op het ontbreken van aflossingsruimte. De vraag is dan ook hoe schuldeisers op de wetswijzigingen gaan reageren. Gaan zij meer inzetten op het voorkomen of beperken van schulden? Of zullen zij minder snel verwijzen naar schuldhulpverlening en proberen om zo snel mogelijk zoveel mogelijk te innen bij hun schuldenaren?
Meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met RechtNet Advocaten via info@rechtnet.nl of bel naar 073 – 615 43 11.
Vragen? Neem contact met ons op