Een studente huurt sinds april 2022 een kamer bij een hospita. Maar op 22 juni gaat het mis in huis. Er ontstaat een incident in de keuken waarbij een ruit sneuvelt. De politie komt erbij en houdt de huurder een nacht vast. Kort daarna is de maat vol voor de verhuurder. Terwijl de studente er niet is, zet hij al haar spullen in de gemeenschappelijke hal en vervangt hij de sloten. De studente is het hier niet mee eens en start een kort geding om schadevergoeding te eisen.
Bekijk hier onze rechtsgebieden
Ze gaf bij de kantonrechter aan onder meer maanden dakloos te zijn geweest, persoonlijke spullen te hebben verloren en psychische schade te hebben opgelopen. De kantonrechter stelt de studente grotendeels in het gelijk. Een huurovereenkomst mag immers niet zomaar buitengerechtelijk worden ontbonden. Voor een ontruiming is altijd een vonnis van de rechter nodig.
Schadevergoeding
De verhuurder doet tevergeefs een beroep op ‘nood breekt wet’ en moet de studente van de kantonrechter uiteindelijk een schadevergoeding betalen als tegemoetkoming voor hogere woonkosten en een deel van de borg. De studente wordt wel aansprakelijk gesteld voor de kapotte keukenruit van ruim 206 euro.
Ze gaat in hoger beroep tegen deze uitspraak bij het Gerechtshof. Daarin eist zij een schadevergoeding van 25.000 euro voor geleden materiële en immateriële schade.
Het hof oordeelde eveneens duidelijk dat de verhuurder niet op eigen houtje de ruimte had mogen ontruimen. Het weghalen van spullen en het veranderen van sloten zonder vonnis is ongeoorloofde eigenrichting, aldus het hof. Ook als er sprake is van een gespannen relatie, of de huurder lastig gedrag vertoont, moet een verhuurder de juridische weg volgen.
Bekijk hier onze incasso diensten
Hospitaverhuur
Het Hof veroordeelt de verhuurder daarom tot het betalen van een schadevergoeding van bijna 1.100 euro. Toch krijgt de studente ook bij het hof ook niet haar volledige schadeclaim toegekend. Waarom? Omdat het in deze zaak ging om hospitaverhuur. Aan hospitaverhuur is inherent dat een huurder in de eigen woning van de verhuurder verblijft. Daarom is de proefperiode in het leven geroepen. Dit stimuleert kamerverhuur en verschaft de verhuurder de zekerheid dat hij gemakkelijk van de huurder af kan als hij meent dat de relatie te gespannen is om samen in één woning te blijven wonen. Bij dit type verhuur kan de verhuurder in de eerste negen maanden de huur relatief eenvoudig opzeggen met een opzegtermijn van drie maanden. Het hof concludeerde dat de studente sowieso uiterlijk per 1 november 2022 had moeten vertrekken.
Meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met RechtNet Advocaten via info@rechtnet.nl of bel naar 073 – 615 43 11.
Vragen? Neem contact met ons op